Sint Hubertus door de jaren heen

De oprichting in 1920

Nadat op 13 juni 1920 door kapelaan van Welsum de aanzet was gegeven om het Sint Hubertusgilde op te richten volgden er al snel tal van activiteiten. In de krant van 6 augustus 1920 wordt door Sint Hubertus een oproep gezet voor een algemene vergadering. Uit de agenda valt op te maken dat er intussen een koning is. Dhr. Huls had zijn titel verworven tijdens de afgelopen kermis, zodat aangenomen mag worden dat het Schuttersgilde Sint Hubertus het koningsschieten voor Ulft van de feestcommissie of gelegenheidsschutterij definitief had overgenomen. Opvallend is dat daarbij ook niet leden werden opgeroepen om op de vergadering te komen. Daarmee hield Hubertus vanaf het begin al de deur open voor inbreng vanuit de gemeenschap.

Als snel telt het Gilde 200 leden; de eerste actieve groep van het gilde waren de vendeliers. Deze groep werd tevens als eerste geüniformeerd. Zij verwierven binnen de kortste keren landelijke bekendheid met hun optredens. Daarbij vaak vergezeld van het bestuur in zwart rokkostuum met hoge cilinderhoed. Bij veel van deze gelegenheden, zeker in eigen dorp, was de Harmonie aanwezig voor de muzikale begeleiding. Hiervoor was een vergoedingsregeling afgesproken.

Aankoop Sportpark, schietbaan en ijsbaan

De rol die het Hubertusgilde speelde in de gemeenschap was erg breed. Er werden veel aangelegenheden van gemeenschappelijk belang bij het gildebestuur neergelegd. Zo werd in 1921 besloten een 4 hectare groot terrein op de “Bult” aan te kopen om een sportpark aan te leggen. Tegenwoordig is dit terrein bekend als landgoed ‘t Isselt aan de Voorstsestraat. Hiervoor ontving het gilde een subsidie van 16.200 gulden De bedoeling was dat dit sportpark door de hele gemeenschap gebruikt kon worden. Door de aanlegwerkzaamheden uit te besteden creëerde het Gilde tevens werkgelegenheid voor de lokale bevolking. Het waren economisch slechte tijden en WW bestond in die tijd nog niet. Hiervoor waren in de meeste gemeenten steunfondsen opgericht om de ergste nood te leningen. Tevens werden daar een schietbaan ingericht en een ijsbaan aangelegd. De schietbaan werd ook veelvuldig gebruikt door de Landstorm. De volksspelen met de kermis worden vanaf dan op het park gehouden.

Spil binnen activiteiten in Ulft

Binnen het gilde waren steeds allerlei commissies actief waar men zich kan inschrijven om mee te doen aan de diverse activiteiten. Deze commissies houden zich niet alleen bezig met de volksspelen en de kermis maar ook met het sportpark. Er is o.a. een eigen voetbalclub en een gymnastiekvereniging. De voetbalclub ging later op in SDOUC, die vaste huurder was van het sportterrein. Ook woont er een beheerder op het park in een woning van het gilde.

Hubertus was de spil in veel activiteiten van het dorp, en vormde daar dan telkens een commissie voor met deelname uit de gemeenschap. Zo werden b.v. ook werkzaamheden neergelegd bij de “Jonge Werkman”.

In 1922 werd besloten om bij Sint Hubertus het Koningschieten niet meer met de kermis te houden. Vanaf dat moment wordt er bij Sint Hubertus koning geschoten met de Gilde- of Schuttersfeesten in augustus of september. Dit is tot op de dag van vandaag nog steeds zo. Bovendien is er in 1922 sprake van dat het gilde toe wil treden tot de vrijwillige Landstorm, een paramilitaire organisatie, die in tijden van oorlog ingezet kan worden. In die tijd bestonden de leden uitsluitend uit mannen van 18 jaar en ouder. Hiermee zouden ze dan een historische taak van de schuttersgilden op zich hebben genomen. Hier is echter later geen vervolg aan gegeven.

In 1924 zijn er diverse (financiële) perikelen rond het sportpark van Sint Hubertus en komt er een nieuw bestuur. Telkens weer blijkt dat alle activiteiten op en het beheer van het sportpark een zware wissel trekt op de vereniging en het bestuur. In dat jaar begint Sint Hubertus met de fameuze grasbaan wedstrijden voor wielrijders op het sportpark. Vreemd genoeg niet gelijktijdig met de kermis. Dat gebeurde pas in 1928. Hier deed de top van wielrennend Nederland aan mee en trok duizenden bezoekers.

In 1937 ontstaat er een discussie omtrent het verplaatsen van de kinderspelen van de kermis naar Koninginnedag op 31 augustus. De kinderspelen verhuizen uiteindelijk naar Koninginnedag onder auspiciën van het Oranjecomité.

Crisisjaren en de oorlog

Door de crisisjaren en de oorlog was het uiteindelijk niet meer mogelijk de exploitatie van het park rond te krijgen. Er waren geen inkomsten meer van de kermis, velen konden hun contributie niet (meer) betalen en de verpachtingen van het sportpark aan scholen gemeente en SDOUC brachten ook niet voldoende op. Sint Hubertus heeft het sportpark tot 1941 in eigendom maar moet dan noodgedwongen het hele complex voor 8500 gulden aan de gemeente verkopen. Het Gilde gaat vervolgens in diepe rust.

De heroprichting

Na de oorlog worden overal bevrijdingsfeesten gevierd en probeert men zelfs de kermis nog snel geregeld te krijgen. In Ulft blijft het echter stil omdat het Hubertusgilde nog steeds in diepe rust is.
In september volgen dan de bevrijdingsfeesten waarbij het hele dorp gezamenlijk dit heugelijke feit viert, inclusief koningsschieten! Daarbij spreekt de heer K. Verholt zich uit over de heroprichting van het Schuttersgilde, maar dan als schutterij. Hij doelt hiermee op het brede pallet van activiteiten die het Gilde voor de oorlog op zich had genomen en bijna tot de doodsteek voor het gilde hadden geleid. Met name het beheer van het sportpark met opzichterwoning, ijsbaan, schietbaan en sportvelden had tot menig bestuurscrises geleid. Nadat werd vastgesteld dat er geen schulden meer waren maar nog wel enige bezittingen, vaandels etc., werd uiteindelijk op 6 oktober tot doorstart besloten. Wel werd weer naar de hele gemeenschap gekeken want elke geleding moest een afgevaardigde in het bestuur hebben. Zo werden er bestuursleden gekozen namens de werkgevers; Dhr. J Bongers, de werknemers: de heren A. Putman, J. Kerkemeijer en Aalders, de werkmeesters dhr. A. Tijdink, de middenstand: Dhr. C. Lensen en voor de overige bevolkingsgroepen K. Verholt.
Uiteraard moest er ook een geestelijk adviseur zijn en dat werd kapelaan A.v.d. Meulen. De pastoor kreeg de titel oppergeneraal.
In de eerste jaren werd er vooral uitgerukt om teruggekeerde Indiëgangers een warm welkom te geven (de laatste in 1950), en deel te nemen aan de dodenherdenking. Zelfs werd hier en daar een schuttersconcours bezocht. Ook werden er steeds meer geledingen in het uniform gehesen.
Hoewel er nog steeds een hechte band was met de Harmonie werd er in de 50-er jaren besloten een tamboer en pijperkorps toe te voegen. De pijpers werden al snel vervangen door trompetten. Men was vrij fanatiek en in de 60-er jaren werd er menigmaal een taptoe georganiseerd op kermiszondag.

Omschakeling naar drumfanfare

De groei in het korps bleef wat achter en het bleek dat de jeugd nog wel te enthousiasmeren was in het muziek maken. Om dit naar een hoger plan te trekken werd in 1980 besloten om te schakelen naar drumfanfare. En vanaf dat moment mag Hubertus zich verheugen in grote toestroom van jeugdige muzikanten waarmee door de jaren heen zelfs een aantal nationale kampioenstitels zijn behaald tijdens de Druma concoursen van de diverse muziekbonden.

Een eigen verenigingsgebouw

In 1995 werd overgegaan tot de koop van de oude bewaarschool op het plein achter het Klooster in Ulft. Deze werd geheel gemoderiseerd en is thans in gebruik als thuisbasis van het Gilde. Naar aanleiding van de restauratie kreeg het gebouw de Monumentenprijs van de (toenmalige) gemeente Gendringen.

Sint Hubertus anno nu

Vanaf de (her)oprichting is het Gilde altijd betrokken en actief geweest bij de Dodenherdenking op 4 mei, organisator van de palmpaasoptocht en de Ulftse kermis(centrum). Ook is het oranjecomité altijd onderdeel gebleven van het Gilde en daarmee zijn ze ook organisator van de kinderactiviteiten op Koningsdag en Beapop. Daarnaast ondersteunt het Gilde alle Ulftse evenementen zoals de intocht van de 4 daagse, de carnavalsoptochten, de taptoe en brengt zij nog regelmatig serenades bij jubilea.
Voor de leden kent het Gilde 5 afdelingen; drumfanfare, marketentsters, bielemannen, schutters en vendeliers. Daarmee beoogt het Gilde aloude tradities niet alleen levend te houden, maar ook aantrekkelijk voor de toekomst. Samen nemen we dan ook regelmatig deel aan nationale en internationale schuttersbijeenkomsten. Door ons jeugdbeleid en eigen opleidingen, ook i.s.m. de muziekschool, weten we nog steeds veel jeugdigen aan ons te binden. Dat geeft ons veel vertrouwen voor de toekomst.